donderdag 17 mei 2018

column streekkrant editie antwerpen


DE KAT

Onlangs liep ik op een donderdag rond halftwee 's nachts door het oude stadscentrum, samen met een vriend, op zoek naar een plek waar we nog zouden kunnen schaken. In de Blauwmoezelstraat, in de schaduw van onze fantastische kathedraal, was het Paters Vaetje nog open - je kan daar meestal drinken tot drie uur 's nachts, dus dat café, waar overdag ook zeer goeie spaghetti wordt geserveerd, verdient een ovatie - maar voorts, wat lag 't Stad er verlaten by... Ook De Wizli was nog open - maar de stoelen stonden er omgekeerd op tafel, echt grimmig  De Grote Markt geleek wel, met alle respect, een tochtige begraafplaats. Volgens sommigen is dit vaker het geval 's nachts, en zou het de schuld zyn van het verbod op auto's in de binnenstad, maar daarover durf ik my niet uit te spreken. De gedwongen sluiting van podiumcafés als De Rots, Het Swingcafé en Het Spiegelbeeld zal er wél zeker iets mee te maken hebben.

Gelukkig konden we nog terecht in café De Kat - die warme, gescheurde, bruinlederen parel van de bochtige Wolstraat. Met, tussen de traditioneel vergeelde posters van Radio Centraal in, boven de deur naar de toiletten, een originele Marcel van Maele :"Ja ja en neen," zo heet dat prachtgedicht. Tenminste nog één café, kortom, waar de tyd nachtburgemeesterlyk kan stilstaan. En toch: ook hier werden we na een flinke drie kwartiers weêr buitengebonjourd. Je zou het niet hebben verwacht, maar heden ten dage blykt het enige café pal in het centrum dat het nog écht weten te rekken tot het weêr licht wordt buiten, het onderschatte café Den Hopsack in de Pieter Potstraat.

Geen opmerkingen: